De Raad van State heeft Renkum een dwangsom opgelegd wanneer niet tijdig een bestemmingsplan wordt vastgesteld voor het gebied Veentjesbrug in Heelsum. De fractie van GemeenteBelangen is onaangenaam verrast deze dreigende boete uit de media te moeten vernemen, een boete die tot 15.000 euro kan oplopen. Het college heeft de raad hier niet over geïnformeerd en het lijkt erop dat ook de afstemming met omwonenden en bedrijven onduidelijk is verlopen.
Raadslid Frank Huizinga: “GB is van mening dat inwoners altijd moeten kunnen rekenen op heldere, open en betrouwbare communicatie vanuit de gemeente. Zodat verwachtingen over en weer duidelijk zijn en inwoners zich gehoord voelen.”
Daarom heeft onze fractie de onderstaande schriftelijke vragen aan het college gesteld.
Onze vragen en de antwoorden van het college op onze schriftelijke vragen zijn te lezen via: Dwangsom Raad van State_vragen GemeenteBelangen_BEANTWOORDING COLLEGE
Vragen over dwangsom Raad van State
‘Dwangsom dreigt voor Renkum’. Dit meldde Hoog en Laag op 10 mei. Ook andere lokale media als Rijn en Veluwe en De Gelderlander publiceerden een dergelijk artikel. De fractie van GemeenteBelangen heeft hierover een aantal vragen aan het College. Onze fractie ziet de antwoorden van het College graag zo spoedig mogelijk, doch uiterlijk binnen dertig dagen, tegemoet.
In het krantenartikel wordt gesteld: “De Raad van State heeft al met al op 24 april besloten dat Renkum uiterlijk 27 september een beslissing moet nemen over de toekomst van het gebied. Doet ze dat niet moet ze een dwangsom van 100 euro aan enkele bewoners betalen met een maximum van 15.000 euro.”
- Is de strekking van deze berichtgeving correct? Indien ja: waarom heeft het college de raad hierover niet geïnformeerd?
In het krantenartikel wordt ook gesteld dat de gemeente veel tijd nodig heeft gehad voor de verwerking van de reacties op de zienswijze die in november (2016) ter inzage heeft gelegen en dat dat in de ogen van buurtbewoners te lang duurde: “De woordvoerder van de gemeente hierover: … Niet wetende dat de inwoners zo snel besluitvorming over het bestemmingsplan wilden hebben.”
- Is de strekking van deze berichtgeving correct? Indien ja: kan het college aangeven op welke wijze en op welke momenten de gemeente de buurtbewoners en betrokken bedrijven heeft geïnformeerd over de te volgen procedure en bijbehorende planning?
In het krantenartikel wordt verder gesteld dat omwonenden op gegeven de gemeente Renkum in gebreke hebben gesteld én dat door de gemeente hier niet adequaat op is gereageerd: “(De woordvoerder van de gemeente hierover: …Okay, dat was misschien een omissie onzerzijds om niet binnen twee weken op die ingebrekestelling te reageren.”
- Is de strekking van deze berichtgeving correct en hoe kwalificeert het college de communicatie tussen gemeente en betrokkenen?
In het krantenartikel wordt verder gesteld bij monde van de woordvoerder van de gemeente: “We gaan ervoor zorgen dat er in september een bestemmingsplan door de gemeenteraad wordt vastgesteld.”
- Is de strekking van deze berichtgeving correct en kan het college aangeven welke stappen worden doorlopen om in september (2017) een bestemmingsplan in de raad ter stemming te brengen? En op welke manier worden omwonenden, betrokken bedrijven en belangengroepen hierin actief door de gemeente betrokken?
Tenslotte wordt het volgende gesteld in het krantenartikel bij monde van de woordvoerder van de gemeente: “Er is nog geen aanvraag voor een gesprek ontvangen, maar als inwoners dat willen, zijn we daar altijd toe bereid.”
- Is de strekking van deze berichtgeving correct? Vindt het college deze kwestie van dien aard dat de gemeente zelf actief een gesprek met betrokkenen aan dient te gaan? Indien ja, op welke termijn?
We hopen op een spoedige beantwoording van onze vragen.
Namens de fractie van GemeenteBelangen, Frank Huizinga, raadslid.